IGP (Internationale Gebruikshonden Prüfungsordnung) is een sportdiploma voor de werkhondenrassen.
IGP bestaat uit verdedigingswerk/pakwerk, speuren en appèl.

Bij pakwerk moet je hond de ‘boef’ opsporen (revieren), aanblaffen en stellen. In de praktijk wordt niet een boef maar een pakwerker opgespoord, aangeblaft en door de hond begeleid terwijl de pakwerker zich lopend verplaatst. Probeert de pakwerker te ontsnappen, dan grijpt de hond in. Pakwerk is niet alleen pittig voor de pakwerker, maar ook voor je hond.
Het stelt de belastbaarheid van je hond op de proef: de pakwerker kan naar je hond schreeuwen of dreigen. Tijdens de training leren de honden zich te fixeren op het willen pakken van de mouw van de pakwerker. Ze hebben geen kwade bedoelingen tegenover de pakwerker zelf.

Recreatief of wedstrijden

Je kunt deze sport recreatief beoefenen. Naast cursussen kun je deelnemen aan examens. Deze examens worden afgenomen door keurmeesters die door ons zijn aangesteld.

Voor je hond examen mag doen in IGP, moet hij eerst het diploma ‘Verkeerszekere hond’ behalen. Na het behalen van dit examen mag je hond, mits hij een bepaalde leeftijd heeft, examen doen in achtereenvolgens IGP-1, IGP-2 en IGP-3. De moeilijkheidsgraad loopt hierbij op.

Je kunt IGP ook in wedstrijdvorm beoefenen. Er zijn regionale en landelijke wedstrijden en er is een Nederlands Kampioenschap Werkhonden en een Wereldkampioenschap Werkhonden.

Om deel te nemen aan examens en wedstrijden moet je hond een Hondenlogboek hebben.

Pakwerk

Het pakwerk is voor de meeste hondensporters het meest attractieve onderdeel. Het is de bedoeling, dat de hond de opgelegde oefeningen uitvoert door hard te bijten maar vooral hierbij de gehoorzaamheid aan de geleider niet laat onderdrukken door de bijtlust. Pakwerk en agressie zijn geen synoniemen. Alle honden moeten perfect contoleerbaar blijven.

De opleiding voor het pakwerk is echt teamwork. De geleider moet kunnen vertrouwen op de pakwerker en de instructeur. Samen met de aangeboren kwaliteiten van de hond zijn er op die manier prachtige resultaten te behalen met honden, die perfect in de samenleving kunnen functioneren en toch hard pakwerk laten zien op wedstrijden. De moeilijkheden worden stelselmatig ingebouwd en de intensiteit van de bezigheid worden verhoogd naarmate de trainingen vorderen.
Voor het aanleren van het pakwerk is er veel tijd en een goede ploeg nodig maar het resultaat is zeer spectaculair.

Speuren

Bij het speuren komt het er eigenlijk op neer dat de honden de neus gebruiken om een bepaald spoor te volgen. Nou zijn er veel verschillende manieren waarop de geleider dit talent van de hond kan gebruiken. Liever gezegd, wat er van de honden verwacht wordt en dus wordt aangeleerd.
De geleider loopt op aanwijzing van de trainer een spoor uit,dit mag op alle natuurlijke bodemsoorten (zoals weide, akker en bosgrond). Een spoor heeft meerdere hoeken en er worden 2 of 3 verschillende soorten voorwerpen op gelegd.
Een spoor moet afhankelijk van de moeilijkheidsgraad binnen een bepaalde tijd worden uitgewerkt. Het uitwerken van het spoor kan met behulp van speurtuig/halsband of iets dergelijks aan een 10 meter lange speurlijn of vrij met het baasje op 10 meter afstand van mij geschieden.
Wij volgen na de aanzet met een diepe neus, intensief het spoor gelijkmatig en overtuigend. Hoeken worden zeker uitgewerkt en het verwijzen of opnemen van de voorwerpen geschiedt overeenkomstig de regels. Vrij vertaald: de honden volgen het spoor met de neus aan de grond zonder ook maar één keer af te wijken (liefst ook zonder de neus van de grond af te halen), nemen de hoeken precies zoals ze gelegd zijn en verwijzen (of nemen op) of apporteren de voorwerpen netjes zoals het hoort. Naar gelang de moeilijkheidsgraad van de examens (VH I, II of III) wordt het spoor langer met meer hoeken en voorwerpen, door een spoorlegger gelegd en blijft het langer liggen.
Maar bij de Speurhond examens wordt de vaardigheid van de hond en geleider nog intensiever getest. De VDH kent de SpH I en II programma’s waarvan SpH II het hoogst haalbare is. De minimum leeftijd van de hond voor SpH I en II is respectievelijk 16 en 20 maanden.

Appèl

Dit gedeelte bestaat uit meerdere oefeningen, zoals het los ‘volgen’ en ‘vooruitsturen’. Ook hier dient de hond netjes, maar ook vooral vrolijk alle oefeningen uit te voeren. De hond dient kort naast de geleider te lopen en hij mag niet snuffelen. Bij het vooruit sturen dient de hond minimaal 25 passen in een rechte lijn vooruit te lopen en daarna op commando gaan liggen. Ook dient de hond op commando te gaan zitten of liggen, waarbij de geleider gewoon doorloopt.
Verder dient de hond een voorwerp op te halen, dat eerder door de geleider is weggegooid. Uiteraard dient ook deze oefening weer netjes te worden uitgevoerd, wat betekent, dat de hond niet op het voorwerp mag bijten.

Ook starten met IGP training?

Neem contact op & kom gerust eens langs…